Column nr 254 dd 2 mei 2013
Het nieuwe Stedelijk Museum te Alkmaar voert al enkele jaren een andere koers en dat moet zijn weerslag hebben op het aantal bezoekers, omdat het Museum veel te bieden heeft.
De fraaie expositie van de gebroeders Wiegman lokte ons weer eens naar het Stedelijk Museum te Alkmaar.
Al eerder was ik daar, maar op dat moment was men bezig de expositieruimte in te richten voor de expositie van deze schilders die je best tot de Bergense School mag rekenen.
In 2003 haalde ik met een ingezonden stuk het Noordhollands Dagblad, waarin ik onder meer de karakteristiek van Adriaan Vernema in twijfel trok inzake Piet Wiegman die hij een nors en gesloten en weinig sociabel vond. Er is inmiddels een boek over Piet Wiegman verschenen en de beide schilders zijn opgenomen in mijn boek ,, vijf eeuwen schilderkunst in West-Friesland", dat nog steeds niet in de boekhandel ligt vanwege talloze remmende factoren. Mijn geduld. wordt in deze wel erg op de proef gesteld.
Op reactie van mijn ingezonden stuk, stuurde Mevrouw A. Zeiler van de Zwet 1A te Bergen Nh mij nog een volksgedichtje, dat zij blijkbaar op school had geleerd. De alleraardigste vrouw zond een briefje naar de redactie met daarbij gevoegd een postzegel, zodat de redactie mij haar gedichtje kon toezenden. De redactie stuurde het me het briefje toe en de postzegel van 0.39 eurocent, op het briefje geplakt, zit er nog steeds ongestempeld op. Het gedichtje luidde ,, Komt kinderen, bidt nu braafjes voor Piet Wiegman en Bertus Aafjes" Zij zal ongetwijfeld op een katholieke school hebben gezeten en wellicht was een Ursuliner non wel haar leerkracht.
Beide broers stamden uit een katholiek gezin en in dat tijdsgewricht waarin zij leefden botste de ondewijzer Wiegman met de gevestigde katholieke orde. Hij werd vervolgens hoofd van een openbare school in Zwolle en later in Spierdijk.
kop moet natuurlijk zijn: imposante schiLderijen, exccus
BeantwoordenVerwijderen